Statuten

Integrale tekst van de statuten van de vereniging: Volleybal Club Combinatie 1992,

zoals die luiden na statenwijziging als geconstateerd

bij akte op 23 juni 1992 verleden voor

notaris Mr. N. Vanderveen te Zaandam.

NAAM EN ZETEL. ——————————————————————————

Artikel 1.——————————————————————————————–

1. De vereniging draagt de naam; VOLLEYBAL CLUB COMBINATIE 1992,

afgekort: VCC’92.

Zij heeft haar zetel te Wormer.———————————————————–

2. De vereniging bezit volledige rechtsbevoegdheid.———————————-

3. De vereniging is ingeschreven in het verenigingsregister dat gehouden—— wordt bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Zaandam.—————-

DUUR.———————————————————————————————-

Artikel 2.——————————————————————————————–

1. De vereniging wordt thans aangegaan voor onbepaalde tijd.——————–

2. Het verenigingsjaar (boekjaar) loopt van één juni tot en met eenendertig—- mei van het daaropvolgende jaar.——————————————————-

DOEL.———————————————————————————————–

Artikel 3.——————————————————————————————–

1. De vereniging heeft ten doel:————————————————————-

de bevordering van de beoefening van de volleybalsport.————————

2. Zij tracht haar doel langs wettige weg te bereiken en wel door:—————–

a. aansluiting bij de Nederlandse Volleybalbond;—————————————

b. het maken van propaganda voor de volleybalsport in woord, geschrift en—- daad;——————————————————————————————–

c. het organiseren van wedstrijden;——————————————————–

d. het behartigen van de belangen van haar leden;————————————

e. alle andere wettige middelen, die voor het doel bevorderlijk zijn.—————

LEDEN.———————————————————————————————

Artikel 4.——————————————————————————————–

1. De vereniging kent jeugdleden, seniorleden, ere-leden en ondersteunende leden.——————————————————————————————-

2. 1. Jeugdleden worden onderverdeeld in babypupillen, pupillen, aspiranten en junioren.——————————————————————————–

1. Babypupillen zijn jeugdleden die op één oktober van het—————-verenigingsjaar de leeftijd van acht jaar nog niet hebben bereikt.—–

2. Pupillen zijn jeugdleden die op één oktober van het verenigingsjaar- de leeftijd van twaalf jaar nog niet hebben bereikt.————————

3. Aspiranten zijn jeugdleden die op één oktober van het——————- verenigingsjaar de leeftijd van zestien jaar nog niet hebben bereikt.–

4. Junioren zijn jeugdleden die op één oktober van het verenigingsjaar- de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt.———————-

3. 1. Senioren worden onderverdeeld in trainende leden, spelende leden en-

recreanten.——————————————————————————–

1. Trainende leden zijn zij die de door de vereniging georganiseerde— trainingen wensen te volgen maar niet als spelend lid wensen te —–worden aangemerkt.—————————————————————

2. Spelende leden zijn leden die zowel trainingen wensen te volgen als aan de NeVoBo-competitie wensen deel te nemen.———————–

3. Recreanten zijn leden die de volleybalsport in de daartoe door——– NeVoBo aangewezen sector wensen te beoefenen.———————-

4. Ere-leden zijn zij die wegens hun buitengewone verdiensten jegens de vereniging danwel jegens de volleybalsport in het algemeen door de algemene vergadering als zodanig zijn benoemd.———————

5. Ondersteunende leden zijn zij die zich jegens de vereniging———– verbonden hebben tot het storten van een jaarlijkse bijdrage en als– zodanig door het bestuur zijn toegelaten.————————————

6. Als jeugdlid en seniorlid kan men worden toegelaten door een——– schriftelijk verzoek dienaangaande bij het bestuur in te dienen. Het– bestuur beslist over de toelating. Bij niet toelating informeert het—— bestuur bij de eerstvolgende gelegenheid de algemene vergadering- over haar beweegredenen. De algemene vergadering kan alsnog tot toelating besluiten.—————————————————————–

7. Ere-leden worden op voorstel van het bestuur of van een/tiende—— gedeelte van de tot stemmen gerechtigde leden door de algemene– vergadering benoemd.————————————————————

8. Ondersteunend lid wordt men door schriftelijke aanmelding bij het— bestuur dat over de toelating beslist, de hoogte van de minimale—– geldelijke bijdrage vast.———————————————————–

RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN DE LEDEN.———————————

Artikel 5.——————————————————————————————–

1. De leden zijn verplicht:———————————————————————

a. de statuten en reglementen van de vereniging, alsmede de besluiten van—

het bestuur en de algemene vergadering van de vereniging na te leven;—–

b. de belangen van de vereniging niet te schaden;————————————

c. de overige verplichtingen, die de vereniging in naam van haar leden———

aangaat, of die uit het lidmaatschap van de vereniging voortvloeien, te——

aanvaarden en na te komen. Behalve de in deze statuten vermelde———-

verplichtingen kunnen door de vereniging slechts verplichtingen aan de—–

leden worden opgelegd na voorafgaande toestemming van de algemene—

vergadering;———————————————————————————–

d. rechten uit naam van de leden kunnen te allen tijde door het bestuur———

worden bedongen;—————————————————————————

e. onverminderd het overigens bij de wet of deze statuten bepaalde, hebben–

de leden het recht om van de door het bestuur aan te wijzen faciliteiten en-

eigendommen van de vereniging gebruik te maken. Dit gebruik moet———

geschieden overeenkomstig al bestaande of nog te maken reglementen,—

besluiten en gebruiken en eventueel onder de voorwaarden als door het—-

bestuur zijn of zullen worden vastgesteld.———————————————

GELDMIDDELEN.——————————————————————————-

Artikel 6.——————————————————————————————–

De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:—————————————–

Contributies der leden, erfstellingen, legaten, schenkingen en andere————

toevallige baten.———————————————————————————-

CONTRIBUTIE.———————————————————————————–

Artikel 7.——————————————————————————————–

De leden zijn jaarlijks gehouden tot het betalen van een contributie, die door—

de algemene vergadering van tijd tot tijd zal worden vastgesteld.——————-

Ere-leden zijn vrijgesteld van het betalen van contributie.—————————–

Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft—–

niettemin de contributie voor het hele jaar verschuldigd.——————————

EINDE LIDMAATSCHAP.———————————————————————

Artikel 8.——————————————————————————————–

1. Het lidmaatschap eindigt:——————————————————————

a. door de dood van het lid;——————————————————————

b. door opzegging door het lid;————————————————————–

c. door opzegging namens de vereniging;————————————————

d. door royement.——————————————————————————-

2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.—————–

Opzegging namens de vereniging kan geschieden wanneer een lid heeft—

opgehouden aan de in deze statuten vermelde vereisten voor het————-

lidmaatschap te voldoen, of wanneer hij zijn verplichtingen jegens de——–

vereniging niet nakomt of wanneer van de vereniging redelijkerwijs niet—–

gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voorduren.———————–

3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan—–

slechts geschieden tegen het einde van het verenigingsjaar en met———–

inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken.———————–

4. Een lid kan binnen een maand, nadat hem een besluit, waarbij de————

verplichtingen van de leden zijn verzwaard, is bekend geworden of is——–

medegedeeld, door opzegging van zijn lidmaatschap de toepasselijkheid—

van het besluit te zijnen opzichte uitsluiten.——————————————-

5. Een opzegging in strijd met het bepaalde in lid 3 doet het lidmaatschap—–

eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum————-

waartegen was opgezegd.—————————————————————-

6. Royement kan worden uitgesproken door het bestuur wanneer een lid——-

handelt in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de————-

vereniging of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.———————-

Het bestuur stelt het betrokken lid ten spoedigste van het besluit tot———-

royement schriftelijk met opgave van redenen in kennis.————————-

Hem staat binnen een maand na ontvangst van de kennisgeving van het—

besluit beroep op de algemene vergadering open.———————————

7. Het bestuur is bevoegd een lid te schorsen voor een periode van ten———

hoogste twee maanden, ingeval het lid bij herhaling in strijd handelt met—-

zijn lidmaatschapsverplichtingen of door handelingen of gedragingen het—

belang van de vereniging in ernstige mate schaadt.——————————–

Het bestuur brengt de betrokkene per aangetekende schrijven op de———

hoogte van de schorsing. Gedurende de periode van schorsen vervallen—-

de rechten, voortvloeiend uit het lidmaatschap.————————————-

8. De betrokkene kan binnen twee weken na ontvangst van kennisgeving van

schorsing in beroep komen bij de kommissie van beroep als bedoeld in—–

artikel 20. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep blijft hij–

geschorst. ————————————————————————————-

ONDERSTEUNENDE LEDEN.—————————————————————

Artikel 9.——————————————————————————————–

1. Ondersteunende leden hebben geen andere rechten en verplichtingen dan

die welke hen krachtens de statuten zijn toegekend of opgelegd.————–

2. De rechten en verplichtingen van ondersteunende leden kunnen te allen—-

tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, behoudens dat de——-

jaarlijkse bijdragen voor het lopende verenigingsjaar voor het geheel———

verschuldigd blijven.————————————————————————

3. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.—————–

BESTUUR.—————————————————————————————–

Artikel 10.——————————————————————————————-

1. Het bestuur bestaat uit ten minste drie meerderjarige personen, waaronder

een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, die door de————

algemene vergadering uit de leden in functie worden gekozen.—————–

Het aantal bestuursleden wordt vastgesteld door de algemene—————–

vergadering.———————————————————————————–

2. a. Bestuursleden worden kandidaat gesteld door het bestuur of door ten—

minste drie leden.———————————————————————–

b. Aan een kandidaatstelling kan het bindend karakter worden ontnomen–

door een met ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen——-

genomen besluit van de algemene vergadering.——————————–

3. In zijn eerste bestuursvergadering na een verkiezing stelt het nieuw———-

gekozen bestuur in onderling overleg voor elk bestuurslid diens taak vast—

en doet hiervan, hetzij in het verenigingsorgaan, hetzij middels een———–

schriftelijke kennisgeving mededeling aan alle leden.——————————

4. Ieder bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn verkiezing af volgens een—

door het bestuur op te maken rooster. Aftredende bestuursleden zijn———

terstond herkiesbaar, voor een periode van minimaal een jaar en maximaal

drie jaar. Ook na een herverkiezing kan een bestuurslid onbeperkt————

herkozen worden voor een periode zoals hiervoor omschreven. Wie in een-

tussentijdse vacature is gekozen, neemt op het rooster de plaats van zijn—

voorganger in.——————————————————————————–

5. De algemene vergadering kan een bestuurslid schorsen of ontslaan indien-

zij daartoe termen aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een————

meerderheid vereist van tenminste twee/derde van de uitgebrachte———–

stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door-

een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.—————-

6. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:———————————————

a. door het eindigen van het lidmaatschap;——————————————-

b. door bedanken als bestuurslid.——————————————————

BESLUITVORMING VAN HET BESTUUR.———————————————–

Artikel 11.——————————————————————————————-

1. Het door de voorzitter uitgesproken oordeel dat het bestuur een besluit——

heeft genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een——-

genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk———-

vastgesteld voorstel.————————————————————————

2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het vorige lid———-

bedoelde oordeel de juistheid daarvan betwist, dan wordt het te nemen—–

besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien–

een bestuurslid dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de——-

rechtsgevolgen van de oorspronkelijk stemming.———————————–

3. Over elk voorstel wordt afzonderlijk en mondeling gestemd, tenzij de———

voorzitter of een bestuurslid anders wensen.—————————————–

4. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een-

door het bestuur aangewezen persoon notulen gemaakt, die op de———–

eerstvolgende bestuursvergadering door het bestuur dienen te worden——

vastgesteld.———————————————————————————–

VERTEGENWOORDIGING.——————————————————————

Artikel 12.——————————————————————————————-

1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met–

het besturen van de vereniging.———————————————————

2. Indien het aantal bestuursleden beneden drie is gedaald blijft het bestuur—

bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene———-

vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats op de—–

open plaatsen aan de orde komt.——————————————————–

3. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde————-

onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door kommissies die door het—

bestuur worden benoemd.—————————————————————–

4. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering,———

bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of

bezwaren van registergoederen. Op het ontbreken van deze goedkeuring–

kan door en tegen derden een beroep worden gedaan. Het bestuur is niet-

bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten warbij de vereniging zich als–

borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk—–

maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde———–

verbindt.—————————————————————————————-

5. Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de algemene vergadering-

voor het besluiten tot:———————————————————————–

I. Onverminderd het bepaalde onder II, het aangaan van———————–

rechtshandelingen en verrichten van investeringen een bedrag of———

waarde van vijftig duizend gulden (f. 50.000,–) te boven gaande.———

II. a. het huren, verhuren en op andere wijze in gebruik of genot krijgen—

en geven van onroerende goederen;——————————————

b. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een—

bankkrediet wordt verleend;——————————————————

c. het ter leen verstrekken van gelden, alsmede het ter leen opnemen-

van gelden, waaronder niet is begrepen het gebruik maken van een-

aan de vereniging verleend bankkrediet.————————————-

d. het aangaan van dadingen;——————————————————

e. het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale

procedures, doch met uitzondering van het nemen van——————

conservatoire maatregelen en van het nemen van die——————–

rechtsmaatregelen, die geen uitstel kunnen lijden;————————

f. het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten.———————-

Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden–

geen beroep worden gedaan.—————————————————

6. Onverminderd het in de laatste volzin van lid 4 van dit artikel bepaalde,—–

wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd door het bestuur.

Daarnaast kan de vereniging vertegenwoordigd worden door de voorzitter-

tezamen met de secretaris of tezamen met de penningmeester, of bij——–

ontstentenis of belet van de voorzitter door de secretaris tezamen met de–

penningmeester.—————————————————————————–

Voor rechtshandelingen een bedrag van zevenduizend vijfhonderd gulden-

(fl. 7.500,–_ niet te boven gaande is de handtekening van de——————-

penningmeester voldoende. Deze bepaling kan niet door en tegen derden-

worden ingeroepen.————————————————————————-

7. Het bestuur is verplicht om de vereniging, het bepaalde in de leden 1 tot en

met 6 van dit artikel, alsmede elke wijziging hiervan te doen inschrijven in–

het verenigingsregister dat gehouden wordt bij de in het derde lid van——–

artikel 1 genoemde Kamer van Koophandel en Fabrieken.———————–

REKENING EN VERANTWOORDING.—————————————————-

Artikel 13.——————————————————————————————-

1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging——-

zodanig aantekening te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten——–

verplichtingen kunnen worden gekend.————————————————

2. Het bestuur brengt – behoudens verlenging door de algemene vergadering

– binnen drie maanden na afloop van het verenigingsjaar op een algemene

vergadering zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans-

en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in–

het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur.———————————————-

Bij gebreke daarvan kan, na verloop van de termijnen, ieder lid deze———

rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen.—————

3. a. De algemene vergadering kiest jaarlijks een kascommissie bestaande–

uit twee leden, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur.————

b. De leden treden volgens een op te maken rooster af en zijn aansluitend slechts éénmaal herkiesbaar.——————————————————–

c. De kascommissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het—

bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar——– bevindingen uit.————————————————————————–

4. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere——–

boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie zich voor rekening van de

vereniging, door een deskundige doen bijstaan.————————————

Het bestuur is verplicht aan de commissie alle doorhaar gewenste————

inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te——-

tonen en inzag van de boeken en bescheiden der vereniging te geven.——

5. De opdracht aan de commissie kan te allen tijde door de algemene———–

vergadering worden herroepen, doch slechts door de verkiezing van een—

andere commissie.————————————————————————–

6. Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag en de——

rekening en verantwoording strekt het bestuur tot décharge.——————–

Het bestuur is verplicht de bescheiden als bedoeld in het tweede en derde-

lid, tien jaar lang te bewaren.————————————————————-

ALGEMENE VERGADERINGEN.———————————————————–

Artikel 14.——————————————————————————————-

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden-

toe die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.—–

2. Jaarlijks zal uiterlijk drie maanden na afloop van het verenigingsjaar een—-

algemene vergadering (jaarvergadering) worden gehouden.——————–

3. De agenda van deze vergadering bevat onder meer:——————————

a. Vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering.———

b. Jaarverslag van de secretaris.——————————————————-

c. Jaarverslag van de penningmeester.———————————————–

d. Verslag van de kascommissie.——————————————————-

e. Vaststelling van de begroting.——————————————————–

f. Vaststelling van de contributies.—————————————————–

g. Verkiezing bestuursleden.————————————————————-

h. Verkiezing leden van de kascommissie.——————————————-

i. Verkiezing leden van de commissie van beroep.——————————–

j. Rondvraag.——————————————————————————–

4. Andere algemeen vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur-

dit wenselijk oordeelt.———————————————————————–

5. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met

inachtneming van een termijn van tenminste veertien dagen.——————-

6. De bijeenroeping geschiedt in het verenigingsorgaan of middels een aan—

alle leden te zenden schriftelijke kennisgeving, zulks onder gelijktijdige——

vermelding van de agenda. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van

tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van–

één/tiende gedeelte der stemmen verplicht tot het bijeenroepen van een—-

algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken.——-

7. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg is gegeven——

kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping–

overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid of door het plaatsen van een

advertentie in ten minste één, ter plaatse waar de vereniging gevestigd is,-

veel gelezen dagblad.———————————————————————-

TOEGANG EN BESLUITVORMING ALGEMENE VERGADERING.————–

Artikel 15.——————————————————————————————-

1. Alle leden hebben toegang tot de algemene vergadering. In de algemene–

vergadering heeft ieder lid één stem. Jeugdleden kunnen zich ter————-

algemene vergadering laten vertegenwoordigen door hun wettelijke———-

vertegenwoordigers. Deze kunnen samen slechts één stem voor ieder door

hen vertegenwoordigd jeugdlid uitbrengen.——————————————-

Een lid heeft geen stemrecht over zaken, die hem, zijn echtgenoot of een–

van zijn bloed- of aanverwanten in de rechte lijn betreffen.———————–

Een éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een———–

vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen,–

dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.——————

Een dergelijk besluit wordt door de secretaris aangetekend in het———

Huishoudelijk reglement

────────────────────────────────────────────────¬

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Volleybal Club Combinatie ’92

────────────────────────────────────────────────¬

Vastgesteld bij algemene vergadering dd. 26 februari 1992,
Aangepast in de algemene vergadering van 31 augustus 2005,
vervolgens aangepast in de algemene vergadering van 10 september 2009 en
vervolgens aangepast in de algemene vergadering van 14 september 2011

Dit huishoudelijk reglement is verdeeld in de volgende hoofdstukken:

1.Uitvoering doelstelling.
2.Rechten en plichten van leden.
3.Bestuur.

Voorzover in dit reglement sprake is van mannelijke personen worden zo mogelijk ook vrouwelijke personen bedoeld.

1.Uitvoering verenigingsdoelstelling.

Dit hoofdstuk omvat vijftien artikelen.

Artikel 1.1
De vereniging is aangesloten bij de Nederlandse Volleybal Bond, hierna aan te duiden als NeVoBo. Hieronder worden tevens alle onder haar verantwoording vallende organen bedoeld.

Artikel 1.2
De vereniging schrijft zoveel mogelijk teams in voor de door de NeVoBo georgani¬seerde competities en toernooien.

Artikel 1.3
Leden die wensen deel te nemen aan wedstrijden die door de NeVoBo worden georganiseerd zijn verplicht lid te worden van de NeVoBo. Deze leden worden hierna aangeduid als spelende leden. Onder jeugdleden worden alle leden verstaan die op 1 oktober van het lopende verenigingsjaar de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt.

Artikel 1.4
Het bevorderen van de volleybalsport wordt op zodanige wijze uitgevoerd dat elk spelend lid de volleybalsport kan beoefenen op het niveau waarvoor hij blijkens aanleg geschikt is.

Artikel 1.5
De vereniging heeft een samenwerkingsovereenkomst met de stichting topsportfonds Volleybal Club Combinatie ’92. Deze stichting zal hierna worden aangeduid met de stichting. De stichting heeft zich statutair verbonden de verenigingsdoelstellingen mede te ondersteunen.

Artikel 1.6
De vereniging accepteert fondsen van derden, mits deze als oogmerk hebben om de verenigingsdoelstelling te ondersteunen.

Artikel 1.7
Fondsen die door derden ter beschikking worden gesteld en waarover zij zeggenschap wensen te behouden worden door de vereniging afgestaan aan de stichting.

Artikel 1.8
Onder technische zaken zal in dit reglement worden verstaan de beoordeling van aanleg van spelende leden, het samenstellen van groepen die de volleybalsport onder deskundige begeleiding beoefenen, hierna aan te duiden als trainingsgroepen, het samenstellen van groepen die in NeVoBo-verband volleybalwedstrijden spelen, hierna aan te duiden als teams, het vaststellen van een trainingsrooster, het vaststellen van de behoefte aan trainingsaccommodatie.

Artikel 1.9
De technische zaken vallen onder de verantwoording van het bestuur.

Artikel 1.10
De algemene vergadering stelt coördinatoren aan die deel uitmaken van het bestuur en belast zijn met het uitvoeren van de technische zaken. Deze coördinatoren kunnen commissies vormen. De leden van een commissie worden door het bestuur benoemd.

Artikel 1.11
Het bestuur kan de technische zaken die verband houden met teams waarvoor fondsvorming in de stichting plaatsvindt overdragen aan de stichting.

Artikel 1.12
Indien de fondsvorming in de stichting tekortschiet om de stichtingsdoelen ten aanzien van het financieren van aanvullende faciliteiten voor bepaalde teams uit te voeren dan kunnen de verenigingsmiddelen slechts worden aangewend ter dekking indien de doelstellingen van de teams die met stichtingsmiddelen worden gefinan¬cierd overeenstemmen met de verenigingsdoelstellingen. Alle faciliteiten die de normale verenigingsfaciliteiten overschrijden kunnen derhalve niet met de verenigingsmiddelen worden gedekt.

Artikel 1.13
Elke trainingsgroep wordt gedurende het volleybalseizoen buiten de schoolvakanties in de gelegenheid gesteld om tenminste eenmaal per week te trainen.

Artikel 1.14
Teams die uitkomen in de landelijke competitie worden gedurende het volleybalseizoen buiten de schoolvakanties in de gelegenheid gesteld om tenminste tweemaal per week te trainen.

Artikel 1.15
Alle teamleden dragen medeverantwoordelijkheid ten aanzien van het uitvoeren van de organisatie rondom trainingen en wedstrijden zoals vastgelegd in dit huishoudelijk reglement en dat van de NeVoBo.

2.Rechten en plichten van de leden.

Dit hoofdstuk omvat achtenvijftig artikelen.

Artikel 2.1
Voldoen aan de registratie-eis houdt in dat een natuurlijk persoon zich bij het secretariaat heeft gemeld en de benodigde gegevens heeft verstrekt: naam, geboortedatum, adres, postcode, woonplaats, telefoonnummer, e-mailadres, eventuele overschrijvingsgegevens, aard van het lidmaatschap, eventuele pasfoto.

Artikel 2.2
Elke persoon is officieel verenigingslid zodra voldaan is aan de registratie-eis. Tegen het lidmaatschap kan door elk lid bezwaar ingediend worden bij het bestuur binnen vier weken na registratie. Hangende dit bezwaar wordt het lidmaatschap opgeschort en doet het bestuur binnen veertien dagen uitspraak. Tegen deze uitspraak staat belanghebbenden beroep open bij de commissie van beroep volgens de procedure in artikel 2.9.

Artikel 2.3
Zodra het verenigingslidmaatschap is verkregen rusten alle rechten en plichten krachtens statuten en huishoudelijk reglement op dit lid.

Artikel 2.4
Leden die deelnemen aan trainingen en wedstrijden in competitieverband zijn zelf aansprakelijk voor blessures en/of ander medisch letsel, de vereniging is niet aansprakelijk voor geleden letselschade en/of vervolgschade.

Artikel 2.5
Het recht van spelen wordt uitsluitend verkregen indien voldaan is aan de eisen die de NeVoBo daartoe stelt en indien aan de verplichtingen krachtens de verenigingsstatuten en dit huishoudelijk reglement is voldaan.

Artikel 2.6
De rechten en plichten die uit het lidmaatschap voortvloeien zijn omschreven in de statuten. De in dit huishoudelijk reglement omschreven rechten en plichten vormen daarop een aanvulling.

Artikel 2.7
In de contributieplicht wordt voor spelende leden een NeVoBo-contributie verwerkt. De hoogte van het totaalbedrag wordt jaarlijks bij algemene ledenvergadering vastgesteld.

Artikel 2.8
Het verenigingsbestuur kan plichten bezwaren met boeten.

Artikel 2.9
Tegen elke boeteoplegging of bestuursuitspraak die van individuele leden een verplichting afdwingt staat beroep open. Deze beroepsprocedure houdt in dat
betrokkene binnen veertien dagen na dagtekening van de uitspraak zijn bezwaar daartegen schriftelijk kenbaar maakt bij de secretaris. Het bestuur neemt ten aanzien van deze bezwaren een besluit. Dit besluit wordt eveneens schriftelijk aan de betrokkene kenbaar gemaakt. Hangende het besluit blijft de uitspraak van kracht: een boete dient binnen vier weken na dagtekening te worden voldaan, de uitspraak die enige persoonlijke verplichting oplegt blijft rechtsgeldig. Tegen dit bestuursbesluit kan binnen veertien dagen schriftelijk beroep worden aangetekend bij de voorzitter van de commissie van beroep.

Artikel 2.10
De commissie van beroep, bij algemene vergadering krachtens statuten ingesteld, behandelt elk beroep dat een lid doet op het toepassen van de reglementen.

Artikel 2.11
Leden die menen dat zij in hun rechten tekortgedaan worden kunnen eveneens via het bestuur en in tweede instantie via de commissie van beroep aanspraak op hun rechten doen gelden.

Artikel 2.12
Een vermeende inbreuk op deze rechten kan op geen enkele wijze leiden tot een vermindering van enige plicht die de vereniging de leden krachtens statuten of huishoudelijk reglement oplegt.

Artikel 2.13
Leden die niet of onvoldoende aan hun financiële verplichtingen voldoen kunnen door derden, zoals incassobureaus, daartoe gedwongen worden. De kosten van het inschakelen van dergelijke hulpmiddelen zullen tevens als financiële verplichting van het betreffende lid gelden.

Artikel 2.14
Openbaarmaking van de niet nagekomen verplichtingen behoort tot de mogelijke sancties die het bestuur kan instellen.

Artikel 2.15
De gegevens van elk lid die krachtens de registratie-eis bij de secretaris rusten worden zo mogelijk in een geautomatiseerd gegevensbestand bewaard. Alleen door het bestuur aangemerkte personen hebben toegang tot dergelijke bestanden, met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen.

Artikel 2.16
Leden die op grond van verjaring een lidmaatschapsverandering ondergaan worden daar niet apart van op de hoogte gesteld. Uitgangspunt hierbij is de situatie op 1 oktober van het betreffende verenigingsjaar.

Artikel 2.17
Ten aanzien van de contributieverplichting zal onderscheid gemaakt worden in zes categorieën:
1 F-jeugd (baby-pupillen) leeftijd tot 8 jaar en contributieniveau 1
2a E-jeugd (pupillenleden) leeftijd tot 10 jaar en contributieniveau 2a
2b D-jeugd (pupillenleden) leeftijd tot 12 jaar en contributieniveau 2b
3a C-jeugd (aspirantleden) leeftijd tot 14 jaar)en contributieniveau 3 a
3b B-jeugd (aspirantleden) leeftijd tot 16 jaar en contributieniveau 3b
4 A-jeugd (juniorleden) leeftijd tot 18 jaar en contributieniveau 4
5 recreanten en trainende leden leeftijd vanaf 18 jaar en contributieniveau 5
6 seniorleden leeftijd vanaf 18 jaar en contributieniveau 6

Artikel 2.17a
Personen die op vrijwillige basis werkzaamheden verrichten voor de vereniging, maar niet tot de in artikel
2.17 genoemde categorieën behoren, verkrijgen wel het NeVoBo-lidmaatschap. De daarvoor door de
NeVoBo berekende contributie is gelijk aan de door hen verschuldigde contributie. Met het verrichten van
de werkzaamheden worden zij geacht deze contributie te hebben voldaan.

Artikel 2.18
Ten aanzien van elk contributieniveau geldt dat een spelend lid automatisch de NeVoBo-contributie die bij het betreffende verenigingsjaar hoort als verhoging op het bij algemene vergadering vastgestelde niveau krijgt doorberekend.

Artikel 2.19
Indien een lid één van de leeftijdsgrenzen voor 1 oktober van een verenigingsjaar bereikt, wordt het lid geacht tot een nieuwe categorie te behoren. Leden die een leeftijdsgrens op of na 1 oktober in een verenigingsjaar bereiken blijven tot de zelfde categorie behoren.

Artikel 2.20
De contributie dient binnen 14 dagen, na de datum van kennisgeving door de penningmeester, te worden voldaan.

Artikel 2.21
De penningmeester kan, zolang de algemene vergadering voor het lopende verenigingsjaar nog geen contributieniveaus heeft vastgesteld, maximaal 50% van de contributieverplichting van het voorafgaande verenigingsjaar als voorlopige contributie ter voldoening opeisen.

Artikel 2.22
Bij algemene vergadering worden de contributieniveaus jaarlijks vastgesteld.

Artikel 2.23
Bij algemene vergadering worden eventuele kortingen, boetes en de betalingsregelingen vastgesteld.

Artikel 2.24
Bij algemene vergadering worden de normbijdragen, hierna donaties te noemen, van ondersteunende leden vastgesteld. Deze donaties gelden als minimum om als ondersteunend lid te kunnen worden aangemerkt.

Artikel 2.25
Ondersteunende leden worden als zodanig aangemerkt zodra zij aan de registratie-eis hebben voldaan. Vanaf dat moment rust op hen de verplichting om de donatie te voldoen.

Artikel 2.26
Leden die naar oordeel van het bestuur zwaarwegende argumenten hebben om voor 1 januari van het lopende verenigingsjaar hun lidmaatschap te beëindigen kunnen het bestuur verzoeken te besluiten tot een contributiebeperking van maximaal 50%. Betrokkenen worden schriftelijk van het bestuursbesluit op de hoogte gesteld.

Artikel 2.27
Dit reglement sluit echter uit dat verhindering van actieve deelname door ziekte of blessures tot de zwaarwegende argumenten gerekend kunnen worden, tenzij een lid een medische verklaring kan overleggen waaruit blijkt dat sportbeoefening voor een langdurige periode onmogelijk is. Evenmin is een verminderde financiële draagkracht als zwaarwegend argument aan te voeren. Met dit argument kan wel tot uitstel van contributieverplichting besloten worden. Dit uitstel kan maximaal één jaar omvatten.

Artikel 2.28
Leden kunnen het bestuur verzoeken in aanmerking te komen voor een betalingsregeling. De contributieverplichting wordt dan in overleg uitgesteld. Een en ander zal beoordeeld worden in samenhang met de mate waarin het betreffende lid voor de vereniging actief is.

Artikel 2.29
Tegen afwijzing op het verzoek tot het instellen van een betalingsregeling staat beroep open bij de commissie van beroep.

Artikel 2.30
Leden van verdienste zijn mensen die het verenigingslidmaatschap door het langdurig leveren van bepaalde diensten of bijdragen verwerven.

Artikel 2.31
Mensen kunnen als lid van verdienste worden benoemd overeenkomstig het gestelde ten aanzien van ereleden in de statuten.

Artikel 2.32
Leden van verdienste hebben uit hoofde van dit bijzondere lidmaatschap geen aanvullende rechten of verplichtingen jegens de vereniging.

Artikel 2.33
Het is leden toegestaan hun contributieverplichting over te dragen aan derden, voorzover derden zich hiertoe schriftelijk bij het bestuur garant stellen. Tot derden kunnen alle personen en rechtspersonen gerekend worden. Deze schriftelijke bevestiging dient uiterlijk voor het einde van het verenigingsjaar voorafgaande aan het jaar waarin de verplichting wordt overgedragen bij het secretariaat gedeponeerd te zijn.

Artikel 2.34
Beëindiging van het lidmaatschap dient een lid schriftelijk kenbaar te maken bij de secretaris uiterlijk vóór 30 april van elk kalenderjaar. Hierdoor vervallen de plichten van een lid voor het volgende verenigingsjaar. De verplichtingen voor het lopende verenigingsjaar blijven gehandhaafd.

Artikel 2.35
Opzeggingen tussen 30 april en 1 juli van een kalenderjaar ontslaan de leden NIET van de contributieverplichting voor het volgende verenigingsjaar, maar het bestuur kan daartoe besluiten indien aan de volgende criteria wordt voldaan;
– Zwangerschap/adoptie
– blessure/ziekte
– verhuizen buiten de regio
In dat geval komen de overige rechten en verplichtingen te vervallen.

Artikel 2.36
Leden zijn bij wedstrijden waarbij zij de vereniging vertegenwoordigen verplicht het verenigingstenue te dragen. Dit tenue bestaat uit:
1.Een shirt in de kleur wit met een rode en een blauwe mouw,
2.Een blauw broekje
3.Borst en rugnummers in de kleur blauw
Indien teams uitkomen met door derden gefinancierde tenues kan ontheffing verleend worden door het bestuur.

Artikel 2.37
De door het bestuur aangewezen commissies kunnen individuele leden namens de vereniging verplichten tot het leveren van een bijdrage op het organisatorische vlak van het terrein waarop de commissie actief is indien dit lid geen andere organisatorische bijdrage levert.

Artikel 2.38
Ten aanzien van arbitrageverplichtingen kan de vereniging een lid verplichten zich tenminste tweemaal per maand als arbiter in de laagste klassen van het district beschikbaar te stellen.

Artikel 2.39
Ten aanzien van begeleidingsverplichtingen kan de vereniging een lid verplichten zich tenminste tweemaal per maand als teambegeleider beschikbaar te stellen. Hierbij zal rekening gehouden worden met de beschikbaarheid van het betrokken lid overeenkomstig het gestelde in artikel 2.44 van dit huishoudelijk reglement ten aanzien van maatschappelijke verplichtingen.

Artikel 2.40
Ten aanzien van zaaldienstverplichtingen kan de vereniging een lid of de leden van een team verplichten zich tenminste tweemaal per jaar voor een zaaldienst beschikbaar te stellen. Deze zaaldienst dient overeenkomstig de NeVoBo-aanwijzingen te worden uitgevoerd.

Artikel 2.41
Ten aanzien van door de NeVoBo aan de vereniging opgelegde verplichtingen tot het leveren van enige dienst kunnen door het bestuur aan de leden worden opgelegd.

Artikel 2.42
Ten aanzien van enige andere activiteit die naar oordeel van een door het bestuur ingestelde commissie dient te worden uitgevoerd kan de vereniging de leden verplichten aan de uitvoering mee te werken.
Voor het uitvoeren van activiteiten c.q. werkzaamheden voor de vereniging kunnen leden geen vergoeding vorderen.

Artikel 2.43
Voorzover leden niet aan de verplicht gestelde eisen voldoen kan het verenigingsbestuur een boete instellen per overtreding.

Artikel 2.44
Het verenigingsbestuur kan alle door de NeVoBo en andere rechtspersonen aan de vereniging opgelegde boetes verhalen op de veroorzakers. Voorzover dit collectieve boetes betreft zal in principe hoofdelijke omslag van het boetebedrag mogelijk zijn.

Artikel 2.45
Tot de maatschappelijke verplichtingen behoren het verwerven van inkomen, het verzorgen van het gezin, het volgen van opleidingen aan erkende instituten, het voldoen aan wettelijke verplichtingen, ziekte en gebreken van het lid of gezinsleden, het nakomen van andere wettig gesloten contractuele verplichtingen voorzover deze niet na de door de vereniging opgelegde verplichting zijn ontstaan, zoals het voldoen aan verplichtingen bij andere verenigingen.
Artikel 2.46
De commissie van beroep zal bezwaren op grond van niet maatschappelijke verplichtingen, als omschreven in artikel 2.44, niet ontvankelijk verklaren.

Artikel 2.47
Ieder lid heeft recht op een indeling in een trainingsgroep. Deze indeling wordt door de commissie technische zaken indien mogelijk aan het begin van het verenigingsjaar bekend gemaakt en onder meer in het verenigingsblad gepubliceerd. Nieuwe leden die tijdens het seizoen het lidmaatschap verwerven wordt de indeling mondeling kenbaar gemaakt. Tegen de indeling is bezwaar mogelijk.

Artikel 2.48
Ieder lid dat kenbaar heeft gemaakt deel te willen nemen aan wedstrijden in NeVoBo-verband heeft recht op indeling in een volleybalteam van tenminste zes en ten hoogste twaalf personen. Deze indeling wordt zo mogelijk in de maand september door de commissie technische zaken bekend gemaakt en onder meer in het verenigingsblad gepubliceerd. Nieuwe leden die tijdens het seizoen het lidmaatschap verwerven wordt de indeling mondeling kenbaar gemaakt. Tegen de indeling is bezwaar mogelijk.

Artikel 2.49
Bezwaren tegen indeling in trainingsgroep en/of indeling in teams dienen schriftelijk binnen veertien dagen na publicatie bij de coördinator van de technische zaken te worden ingediend onder vermelding van de redenen van het bezwaar. Het bestuur ontvangt hiervan een afschrift. Dit bezwaar wordt beoordeeld door de commissie technische zaken en hiervan ontvangt het lid binnen veertien dagen bericht. Indien het lid ook tegen dit oordeel bezwaar heeft dan kan opnieuw veertien dagen na dagtekening van het oordeel schriftelijk bezwaar worden ingediend bij de commissie van beroep onder vermelding van redenen. Deze commissie beoordeelt echter niet de technische gronden van indeling en zal beroep omtrent oordeel op technische gronden niet ontvankelijk verklaren.

Artikel 2.50
Ieder lid heeft recht op ontvangst van het verenigingsblad. Distributie van dit blad kan zowel via de teamaanvoerder als via de trainingen geschieden, alsmede digitaal. De leden worden geacht op de training aanwezig te zijn.

Artikel 2.51
Ieder lid dat in NeVoBo-verband actief is dient de reglementen zoals die door de NeVoBo opgelegd worden na te leven. Niet naleving ervan houdt in dat het lid zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt. Alle daaruit voortvloeiende boeten kunnen door het bestuur worden doorberekend en met aanvullende sancties worden bezwaard.

Artikel 2.52
Leden die in teams zijn ingedeeld hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de teamorganisatie. Dit houdt in als team de trainingen bezoeken, als team de wedstrijden bezoeken, een aanvoerder aanwijzen die in de verenigingsorganisatie aanspreekbaar is voor communicatieve doeleinden, een materiaalbeheerder aanwijzen die door de vereniging wordt voorzien van materialen die aan het einde van het seizoen in goede staat geretourneerd dienen te worden, een of meer scheidsrechters leveren, een of meer teambegeleiders leveren, meewerken aan verenigingsacties en andere door commissies ingestelde verplichtingen nakomen.

Artikel 2.53
Leden die de trainingen niet of zeer onregelmatig bezoeken kunnen hun recht op plaatsing in een team verliezen. Dit wordt door de commissie technische zaken beoordeeld. Het oordeel van de trainer wordt daarin meegewogen. Tegen een dergelijk besluit staat beroep open volgens de procedure van artikel 2.8.

Artikel 2.54
Leden in teams waarin geen aanvoerder aangewezen is kunnen op non-actief gesteld worden en van competitie-deelname worden uitgesloten. Zij worden daarvan schriftelijk op de hoogte gesteld door de coördinator wedstrijdwezen. Alle daaruit voortvloeiende kosten worden aan de gezamenlijke teamleden in rekening gebracht. Beroep staat open volgens de procedure van artikel 2.9.

Artikel 2.55
Leden van teams die het functioneren van het team belemmeren door regelmatige absentie bij wedstrijden, niet opkomen bij wedstrijden, te laat afzeggen bij wedstrijden, kunnen van verdere competitie-deelname worden uitgesloten. Kosten die hieruit voortvloeien kunnen in rekening worden gebracht. De beoordeling is in handen van de commissie technische zaken. De uitspraak daartoe wordt gedaan door het bestuur. Beroep staat open volgens de procedure van artikel 2.9.

Artikel 2.56
Materiaalbeheerders in teams zijn in eerste instantie aansprakelijk voor het in beheer houden van toevertrouwde materialen buiten teamverband om. In teamverband is het gehele team daarvoor aansprakelijk. Onder toevertrouwde materialen kunnen o.a. worden verstaan: ballen, trainingspakken, tenues, documenten, wedstrijdbriefjes, etc. Voorzover de teamleden de materialen individueel buiten teamverband beheren geldt de verantwoording ook individueel.

Artikel 2.57
Materialen die door de commissie materiaalbeheer aan teams ter beschikking zijn gesteld dienen vóór 31 mei van elk verenigingsjaar in deugdelijke staat te worden geretourneerd bij de coördinator. Van mogelijke gebreken of verlies dient een schriftelijke verklaring te worden bijgevoegd. Voor zover die gebreken niet voortvloeien uit normale slijtage kunnen de kosten van herstel of vervanging in rekening worden gebracht. Indien die kosten niet individueel verhaalbaar zijn zal hoofdelijke omslag volgen. Te laat of niet ingeleverde materialen kunnen als verloren worden aangemerkt. De materiaalbeheerder ontvangt daartoe eerst een schriftelijke maning van de coördinator. Het bestuur ontvangt daarvan een afschrift en kan de betreffende kosten in rekening brengen.

Artikel 2.58
Het niet nakomen van enige verplichting kan door het bestuur worden beboet met een standaardboete, als bij algemene vergadering vastgesteld. Herhaling van deze nalatigheid kan tot een veelvoud van de standaardboete leiden.

3.Bestuur.
Dit hoofdstuk omvat dertien artikelen.

Artikel 3.1
De vereniging wordt als organisatie opgesplitst in secties: Wedstrijdsecretariaat, Scheidsrechtercoördinator, Technische Commissie, Jeugdcommissie, PR, Evenementen, Materiaalbeheer.

Artikel 3.2
Het dagelijks bestuur is in handen van voorzitter, secretaris en penningmeester

Artikel 3.3
Een aantal taken krachtens dit huishoudelijk reglement is aan de secties gedelegeerd. De opsomming van taken in dit huishoudelijk reglement is niet limitatief. Alle taken die voortvloeien uit de wet vormen impliciet een onderdeel van het takenpakket.

Artikel 3.4
Het dagelijks bestuur is gerechtigd in elk onvoorzien of spoedeisend geval op te treden. Van dit optreden legt het dagelijks bestuur verantwoording af tegenover het bestuur.

Artikel 3.5
In de bestuursvergadering volgend op de algemene vergadering stelt het bestuur de taakverdeling vast. Er worden zo mogelijk personen benoemd als coördinator van het wedstrijdsecretariaat, van de technische commissie, van de jeugdcommissie, voor de PR, voor de evenementenorganisatie, voor het materiaalbeheer of als scheidsrechtercoördinator(s). Een combinatie van taken door één persoon is mogelijk.

Artikel 3.6
Het aftredingsrooster wordt op de bestuursvergadering volgend op de algemene vergadering ingevuld.

Artikel 3.7
Het volgende aftredingsrooster wordt gehanteerd:
De jaren die drievoud zijn: Jaar daarop volgend: Derde jaar:
penningmeester secretaris voorzitter
PR wedstrijdsecretariaat scheidsrechtercoördinator
jeugdcommissie materiaalbeheer evenementenorganisatie
technische commissie

Artikel 3.8
Zo vaak als het bestuur nodig acht maar tenminste twee maal per jaar komt het bestuur in vergadering bijeen.

Artikel 3.9
De noodzaak tot vergaderen kan door ieder lid van het dagelijks bestuur of door twee bestuursleden worden afgedwongen door tenminste één agendapunt in te brengen. De secretaris schrijft in dat geval binnen veertien dagen een bestuursvergadering uit, onder bekendmaking van plaats, datum, tijd en agenda. Alle bestuursleden worden geacht ter vergadering aanwezig te zijn.

Artikel 3.10
De taakverdeling van de besturende commissies is vastgelegd in het draaiboek van de vereniging.

Artikel 3.11
De vereniging heeft een contractuele relatie met aan de vereniging verbonden stichting: De stichting Topsportfonds Volleybal Club Combinatie ’92.

Artikel 3.12
De stichting beheert fondsen waaraan de leden geen bijdrage leveren en waarover de leden geen zeggenschap kunnen uitoefenen.

Artikel 3.13
Het verenigingsbestuur vaardigt tenminste twee bestuursleden, waarvan ten minste één dagelijks bestuurslid, af om toe te zien dat de stichting het verenigingsbeleid uitvoert. Deze afgevaardigden brengen in bestuursvergadering verslag uit van de stichtingsactiviteiten.

Slotbepaling
Dit reglement treedt in werking onmiddellijk nadat de algemene vergadering het besluit daartoe genomen heeft.

Aldus vastgesteld in de algemene vergadering van 26 februari 1992, aangepast in de algemene vergadering van 31 augustus 2005, vervolgens aangepast in de algemene vergadering van 10 september 2009 en vervolgens aangepast in de algemene vergadering van 14 september 2011.

Het bestuur,

F. Bleeker
voorzitter ……………………..

M. de Goey
secretaris ……………………..

F. Hendriks
penningmeester ……………………..

Steun VCC’92 a.u.b. via Sponsorkliks

Shirtsponsors VCC’92

Pfannini Schoenmode

Tip ICT

Jordi Koomen Transport

Buyten Products